maandag 12 mei 2014

Ervaring in de praktijk 1

Op 27 mei 2014 zijn wij bij een lezing van Dr. Rene Gabriels geweest. Dr. Gabriels is een bekende docent aan de Universiteit van Maastricht.
De lezing hield zich vooral bezig met de armoede die heerst in Nederland.
Hieronder staan de aantekeningen van het college.



Geen cent te makken.
(schuld, schaamte, vooroordelen, uitsluiting en ongelijkheid).

Menselijke waardigheid

Een precair bestaan
-          De morele verantwaardiging over armoede is meestal van korte duur.
-          Feitelijk accepteerd de Nederlandse samenleving het bestaan van een onderklasse wier bestaan precair is.
-          In Nederland is het percentage arme mensen sinds 1996 nooit lager dan 6% van de bevolking geweest.
-          Het groeiend aantal werkende armen (working poor) wordt ook tot dit precaritaat gerekend.
-          Deze problematiek is niet uniek voor Nederland en vormt soms het onderwerp van strijd.

Twee vormen van politieke strijd.
In de politiek gaat het om twee vormen van strijd:
-          Strijd om herverdeling (struggle fot redistribution)
-          Strijd om erkenning (struggle for recognition).

Kwetsbaar
-          Meritocratisch principe > ongelijkheid is dan en slechts dan gerechtvaardigd wanneer de leden van een politieke gemeenschap gelijke kansen hebben om met hun talenten te woekeren en tegen die achtergrond verschillen tussen mensen.

Schaamten en vernedering
-          Een tekort aan (zelf)respect gaat vaak hand in hand met emoties als schaamte en vernedering.
-          Schaamte en vernedering > aantasting van de eer of de waardigheid van een persoon.
-          Eer à erkenning of miskenning van een persoon vanwege zijn of haar  (superieure) verdiensten leidt soms tot nijd of het opkijken naar iemand).
-          Waardigheid à erkenning van iemand als persoon ongeacht zijn of haar verdiensten voor de samenleving.

Trends
Als het gaat om armoede, is het van belang dat er een onderscheid wordt gemaakt tussen twee typen trends:
-          Sociale trends
-          Beleidstrends
These: een maatschappeijk probleem als armoede wordt niet zelden bestendigd door bestuurlijk – organisatorische problemen.

Armoede

Absolute definitie: een definitie die voor alle landen gelijk is. (voorbeeld wereldbank die het leven van 1 dollar per dag als criterium heeft).


Nederland:
-          Leven 1.2 miljoen mensen onder de armoede grens (hiertoe behoren 350.000 kinderen).
-          135 voedselbanken zijn er à jaarlijks delen zij 1.2 miljoen voedselpakketten uit.
-          60.000-70.000 mensen kunnen eten uit het voedselpakket.
-          300.000 werkende armen in Nederland.
-          Tussen 1979 en 2012 is het armoedepercentage van 4% naar 10% gegaan.
-          Arme mensen leven 4 tot 6 jaar korter (stress, gezondheidsklachten en een minder goede medische zorg).

Armoede is vaak een niet op zichzelf staant probleem: hier komen nog meer factoren bij kijken:
-          Eindjes niet goed aan elkaar weten te knopen.
-          Gezondheidsproblemen à fysiek als psychisch.
-          Functioneel analfabetisme à moeite hebben met het invullen van formulieren.
-          Sociale uitsluiting
-          Het gevoel niet heel nuttig te zijn voor de samenleving.
-          Schaamte en trots.
-          Aantasting van het privé leven à geen leuke dingen kunnen doen.
-         Confrontatie met bureaucratie.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten